Tijdens het spreekuur namen we het geboorteplan
uitgebreid door. Een jong koppel dat precies wist hoe ze het wilden. Als het
even kon niet plat op de rugliggend bevallen en het liefst met alle huisdieren
om hen heen. Ik hoorde over drie rode katers en een goedzak van een
herdershond.
Geert en Carine wonen net buiten het dorp, ze vertelden
me secuur hoe er te komen. Ze keken uit naar de bevalling, Carine iets meer dan
Geert, zij wist dat hij geen held was bij bloederige toestanden.
Ze kwamen naar onze voorlichtingsavond en Carine volgde
onze borstvoedingsworkshop, kortom ze waren goed voorbereid op de dingen die
komen gingen.
Aan het begin van een zomerse avond belde Geert dat de
vliezen gebroken waren, weeën waren er nog niet. We spraken af dat hij opnieuw
zou waarschuwen bij regelmaat.
Ik zette de baarkruk in mijn auto, legde een lekker
zittende joggingbroek klaar te samen met mijn comfortabele groenwollen vest en
ging op tijd naar bed.
Trriiingggtringggg
3:15 zie ik op mijn wekker. Dat is zowat een hele
boerennacht. Broek aan, vest aan, open slippers, routebeschrijving mee en go!
Via de achterdeur kom ik in een donkere hal, vriendelijk
begroet en besnuffeld door Herta de herder, argwanend gadegeslagen door de rode
garde. In de slaapkamer vangt Carine uiterst geconcentreerd de weeën op,
gesloten ogen, zachtjes puffend, helemaal in haar eigen cocon.
Qua ontsluiting is ze net over de helft. Er heerst een
nagenoeg serene stilte in de schemerige slaapkamer, af en toe onderbroken door
zacht gepuf. ‘Dat gaat goed Carine, volhouden zo,’ Ik besluit in de huiskamer
mijn tijd af te wachten. Niet teveel poespas om hen heen nu. Geert oogt ultiem
relaxed als steun en toeverlaat, twee van de drie katten nu spinnend op het
bed. Niets aan toe te voegen. Herta loopt met mij mee en ploft kreunend naast
de bank neer. Mijn slippers gaan uit, het hoofd op de bankleuning, er ontsnapt
mij een bijna net zo’n genoeglijke kreun. Kwart voor vier. Ik lig en probeer
aan niks te denken.
Half zes. Er komen van lieverlee steeds harder wordende
klagelijke geluiden uit de slaapkamer. Het klinkt als persdrang. Herta loopt
weer met me mee en ik heb het juist, persweeën.
In een gloednieuwe pas verbouwde badkamer brandt een
designverwarming. Er is voldoende ruimte, het is met dimbare halogeenspotjes verlicht
en behaaglijk warm. Ik stel voor om daar mijn krukbeval-opstelling neer te zetten.
In de kamer vind ik een hip grofgebreid zeegroen poefje,
precies de juiste hoogte voor een vroedvrouwenkont bij hurkpositie. Een douchestoel
achter de kruk, matje eronder, verlostas uitgeklapt in de gang en we kunnen.
‘Kom maar Carine, Geert kan erachter, ik ervoor, de hond ligt al op je te wachten.’
Want inderdaad, Herta ligt eerste rang en een van de katten was knus tegen haar
aangekropen. Vooralsnog verloopt het gehele scenario als gewenst.
Tussen een paar persweeën door schuifelt Carine naar de
badkamer en neemt plaats op de kruk.
Geert als ruggensteun, onze barende naast de verwarming,
uw vroedvrouw op de drempel met één bil op de poef. Het is een perfecte
opstelling met vanuit Geerts positie geen eventuele onverhoopte bloedvloeiingen
waarneembaar. Herta komt dichterbij, legt nog net niet zijn kop op mijn
schouder, de brutaalste poes vindt een plekje op de wasmanddeksel, er komen
blonde krullerige babyhaartjes in zicht en ik vraag mij af waarom het niet
altijd zo wondermooi, sereen kan gaan. Ik zie wel wat zweetdruppeltjes op
Carines voorhoofd, ik zal ook de laatste zijn die beweert dat deze geboorte een
makkie is, maar ze geeft geen kik. Carine volgt mijn aanwijzingen prima op, voor
zover ze die nodig heeft natuurlijk. Met enkel onze bemoedigende complimenten
doet ze wat haar lijf haar ingeeft, zuchten, persen, zuchten. Het hoofdje
schuift geleidelijk aan naar buiten, en plotsklaps is het gehele kindje er. Zo
gaat dat bij verticale bevallingen. Een schitterend verhaal om op een
voorlichtingsavond te vertellen.
@poldervroedvrou
Geen opmerkingen:
Een reactie posten